maandag 25 november 2019

Rituelen in een nieuwe jas



Als Rooms-katholiek  meisje groeide ik op met veel rituelen en feesten. Vooral Kerstmis en Pasen werden omringd met vaste rituelen. Ik herinner me met veel plezier mijn Eerste Heilige communie. Natuurlijk niet vanwege de werkelijke betekenis van het feest, waarvan Wikipedia zegt: "De eerste (heiligecommunie is in de Rooms-Katholieke Kerk de feestelijke gelegenheid dat iemand voor het eerst nadert tot de eucharistie. De eerste communie maakt deel uit van de initiatiesacramenten (doopsel, eucharistie en vormsel)..."
Mijn warme herinnering aan dit feest heeft ook niets te maken met de ontelbare cadeaus die ik kreeg. Nee, wat ik mij herinner is de dagenlange voorbereiding van het twee dagen durende feest: eten maken, tafels dekken, mezelf mooi laten maken, haren invlechten (met gipskruid er in). En vervolgens al die familieleden in en om ons huis. Vlaai, broodjes, frisdrank, het enige echte koud buffet van tant Bertien (een nicht van mijn oom). Opa (met hoed, dikke buik en sigaar) en oma (met hoed en kekke haklaarsjes), kakelende tantes en luidruchtig kaartende ooms van moeders kant op dag 1. En de wat rustiger familie van mijn vader, met natuurlijk mijn lievelingsoom Pierre, met wie we vast vreselijk gelachen hebben die dag. En wij kinderen? Wij speelden naar hartelust vanaf de broodjes tot aan het buffet. We fietsten, renden & speelden verstoppertje tot we er bij neervielen.
Nostalgie. Romantiek. 


Nu leef ik al meer dan 20 jaar samen met een man die niet godsdienstig opgegroeid is. En niet erg in de wieg gelegd is voor feesten en terugkerende gewoonten. Hij leeft meer met de dag. En denkt niet net als ik al weken na over hoe Kerstmis er uit kan gaan zien. Sterker nog, hij denkt waarschijnlijk: "moet dat weer?" Dus ik zal elke keer opnieuw weer zelf het rituele vieren van het leven moeten voeden in mijn gezin. 


Ik houd namelijk van rituelen. En ik heb er ook behoefte aan. Markeringen van het leven. Van een jaar dat voorbij is. Van een verjaardag. Een memorabel moment. Eventjes vieren. Vasthouden. En dan weer loslaten. Geen vieren omdat het zo hoort. Maar omdat het fijn is. En het hoeft ook niet altijd precies hetzelfde. Geen ritueel omdat het nou eenmaal zo hoort. Maar omdat we er zin in hebben.


Ik wil het mijn kinderen ook meegeven. Dat er dingen zijn in het leven die we telkens opnieuw weer doen. Zo wordt Sint in zijn boot elk jaar op dezelfde plek begroet aan het water buiten de vesting van Naarden. En als we hem ook op zijn paard langs hebben zien komen en er flink wat zakjes pepernoten gevangen zijn, eindigen we met patat bij Nel. 

En zo vier ik ook jaarlijks met mijn meisjes carnaval in Limburg. Omdat ook zij een beetje Limburg in hun bloed hebben. En omdat ik ze wil laten voelen hoe carnaval in Limburg je bloed laat stromen op een manier waarop geen enkel ander feest dat doet. 

Voor mezelf heb ik tegenwoordig mijn eigen rituelen. Op maandagochtend start ik mijn week met een stille wandeling op de hei. Ik breng mijn jongste dochter naar school en loop de natuur in. Terwijl mijn hoofd overuren wil draaien, want er moet zoveel gebeuren deze week en waar moet ik toch allemaal aan denken..., trekt de natuur me mijn lichaam in. De bomen laten me zakken. Mijn energie gaat van mijn hoofd langzaam de rest van mijn lichaam in. Ik voel mijn voetzolen die de koude aarde raken, mijn bekken dat zich loswiegt. Mijn hart opent zich voor de week die voor me ligt. Er welt een intentie voor de week op in mijn hart. Dat kan 'plezier' zijn of 'zelfzorg' of 'samenwerken'. Wat ik op dat moment ook maar voel. Dan heb ik er weer zin in.  Een wekelijkse nieuwe start van het avontuur dat mijn leven is. 


Nu, zo tegen het eind van het jaar voel ik telkens de behoefte om terug te kijken op het goeds dat dat  jaar mij gebracht heeft. En te kijken wat ik mee wil nemen naar het volgende jaar. Of wat ik liever achter me laat. Het liefst doe ik dat in een groep vrouwen. Omdat het me dan nog meer bewust maakt van mijn leven. Van hoe het is, hoe het niet is, hoe ik het wil. Waar ik dankbaar voor ben. waar ik behoefte aan heb. 


Zo hebben rituelen een nieuwe betekenis in mijn leven gekregen. Ze laten me stilstaan bij wat echt belangrijk voor me is. Of voor ons. Ze zijn voor mij niet langer een collectief vieren, zoals Kerstmis vroeger was. Maar vooral een bewust individueel vieren in een bewust groter geheel. Want ik ben een radertje in het geheel van het leven. Maar vooral ook een uniek radertje. Net zoals de mensen om mij heen unieke radertjes zijn in mijn leven. Samen maken wij ons leven. Onze maatschappij. 




vrijdag 11 oktober 2019

Kleine lerares


“Als jij zo oud was als ik en een heel leuk filmpje zat te kijken, zou jij ook boos worden als het uit moest, mam!”, zegt mijn 8-jarige dochter heel rustig als ze de kamer binnen komt...

...een paar minuten daarvoor was ze naar boven gerend, terwijl ze schreeuwde dat ik “de állerstomste moeder ooit!” ben. En weer een paar minuten dáárvoor had ik geïrriteerd de iPad uit haar handen getrokken, nadat ik al een paar keer vanuit de keuken geroepen had dat ie uit moest. Nu! Meteen! Want anders dan...

“Als jij zo oud was als ik en een heel leuk filmpje zat te kijken, zou jij ook boos worden als het uit moest, mam!” Wat een wijs kind heb ik toch. Wat verwoordt ze haar frustratie toch mooi. Het is alsof ik ineens wakker schrik uit mijn irritatie en ik wordt er even stil van.  Ik zeg: “Je hebt gelijk. Dat zou ik óók moeilijk vinden. En het was ook niet heel handig dat ik zo boos werd en elke keer van uit de keuken riep. Dat had ik anders kunnen doen.” En we knuffelen elkaar even heel innig.

❤️Ik leer zo veel van kinderen. Ik leer van mijn eigen kinderen, hun vriendjes, van de kinderen die ik ontmoet op straat, op mijn werk. Ik luister naar wat ze vertellen, verbaas me over hoe ze naar de wereld kijken. Ik bewonder hun openheid, hun puurheid.

Maar ik zie ook dat kinderen vaak niet serieus worden genomen. Wij volwassenen denken vaak dat kinderen nog niet helemaal mens zijn. Dat ze nog veel moeten leren voordat ze er echt bij horen. Dat ze moeten leren hoe het leven werkt. We leren kinderen hoe ze zich moeten gedragen, wat ze moeten zeggen, lezen, schrijven, leren.... En als ze het goed doen, worden ze geprijsd. Lachen 😁en vriendelijk zijn is goed, verdrietig 😥is lastig en boos 😡zijn is uit den boze. We leren ze van alles zodat ze er maar bij horen. Hun steentje bijdragen. Niet uit de toon vallen.

Ik ben 46. Moeder, volwassene, professional. En dankzij een vette burn-out een aantal jaren geleden, heb ik mijn kind-zijn weer ontdekt. Ik heb ontdekt dat er heel veel onderdrukte boosheid in mij zit (nee, ik doe niet wat jij zegt!) en dat ik alles heel graag op mijn eigen wijze wil doen (ikke zelf doen!). Dat ik stomweg niet het pad wil lopen waarvoor ik werd opgeleid & wat er van mij verwacht wordt.
Ik ben niet braaf, aangepast of beleefd. Ik ben wel geïnteresseerd, nieuwsgierig en empathisch. Én ik ken inmiddels mijn eigen grenzen. Ik hoef niet per sé meer te passen in wat ‘de maatschappij’ van mij wil. Sterker nog, het interesseert me geen biet wat de maatschappij van mij wil. Ik ben een vrouw van 46 met een heerlijke kleuter nog heel levend in mij.

🙏🏽 Ik ben zo dankbaar voor alle kinderen in mijn leven die mij hebben laten zien wat ik kwijt was. Die me, niet altijd even vriendelijk, bewust maakten van waar ik eigenlijk voor wil staan. De kinderen die mij liefdevol spiegelen wat ik in mezelf nog niet kan zien. Die me laten zien wat er echt belangrijk is in het leven.

Dit is een oproep aan alle volwassenen die kinderen in hun leven hebben. Laat je door hen inspireren! Laat je echt raken door wat ze zeggen, doen of niet doen. Laat ze je helpen om in contact te komen met jouw eigen waarheid. En geef hen de ruimte om hun eigen waarheid te ontdekken en te leven. Ze zijn al meer dan je denkt. Ze weten al meer dan je denkt.




woensdag 10 juli 2019

I AM

Het is vandaag weer #52wekenawesomes tijd en ik ga in huis op zoek naar een plekje om te filmen. Het móet er wel leuk uitzien. Elke week dezelfde achtergrond is saai. En het lied moet ook goed zijn. Als ik dan op een heel bijzondere plek (pittoresk zittend in mijn slaapkamerraam) een lied opneem, merk ik dat het een aantal keer fout gaat. En als het er dan eindelijk op staat, het lied, kom ik er achter dat ik dat lied al eerder heb opgenomen en wel in week 2. Potver. 

Ik ben deze zomer begonnen aan een 42 dagen lange liefdesmissie. Ik begon te lezen in "Verwacht Wonderen" van Gabrielle Bernstein en rolde ineens in een stappenplan van 42 dagen. Jak, ik haat stappenplannen! Moet ik dan elke dag wat doen? En wat als ik dat niet volhoud? 
Maar ik had daar iets te halen en ben er dus wel aan begonnen. Elke ochtend lees ik een stukje, er is een affirmatie voor de dag en een avondmeditatie. En het voelt goed om dat te doen. Het gaat namelijk over voorbij mijn angsten gaan en vol in liefde gaan leven. En ja, dat wil ik! Dus ik verklaar deze 42 dagen tot de SUMMER OF SOUL, een tijd om me te bezinnen, te spelen en vol in liefde te gaan staan. 

Nu heb ik al het een en ander gedaan op dit gebied. Maar ik geloof dat ik heel mijn leven blijf leren. Moet leren zelfs. En waar ik denk dat ik al heel wat angsten overwonnen heb, blijken er zich toch nog heel wat etterbakjes te verschuilen in mijn dagelijkse denken en doen.:

Ik kan niet slapen, het is al laat. Maar morgen moet ik werken. Wat als ik niet uitgerust ben?

Mijn dochter fietst met losse handen. Knap hoor, maar jakkes....ze kan vallen. Oh kind, pas toch op!

Mag ik mezelf dat kopje koffie gunnen? Ja, maar straks is er geen geld meer over voor de vakantie....

Was die opname wel goed genoeg? Wat als mensen zien dat ik veel fouten maak? En mijn haar zit stom. Haken mensen zo niet af? 

Mijn dochter zet zich tegen me af. Ze vertelt me niet meer alles. Ik raak haar kwijt!

En ik neem elke dag echt tijd om die angst te voelen. Deze keer duw ik het niet weg. Ik laat het zijn. En voel waar de angst zich in mijn lichaam verschuilt. Deze angsten en bangigheidjes die me verhinderen om volledig vrij te zijn. En begrijp me niet verkeerd. Ik geloof niet dat er een moment komt dat ik helemaal gelukkig en altijd stralend ben. En nooit meer bang. Ik geloof niet in perfectie. Bang zijn hoort bij leven. Angst voor verlies van dierbaren, angst om de grip kwijt te raken, angst voor verandering, angst voor verveling, angst voor de dood. Maar ik hoef me er niet door te laten leiden. En ik wil het ook niet negeren. Want het geeft me ook informatie waar ik nog wat te ontdekken heb. Dus ga ik het aan deze zomer. Ik ben bereid om mijn angsten te zien en los te laten. Ik ben bereid in liefde naar mezelf te kijken. 

En zo kan ik lachen om mijn opname-perikelen. En besluit een ander lied dat mij altijd heel erg raakt op te nemen. I am. Van Nirinjan Kaur. En het is allesbehalve perfect. Maar als ik terugkijk, laat het precies zien wat ik leef: dat onzekerheid er mag zijn, en uitproberen. 

En ik hoop dat het je inspireert. Dat het jou laat zien dat het niet uit maakt hoe goed je haar zit. 
Of dat je precies de goede woorden gebruikt. Of altijd vriendelijk bent. 
Maar dat je trouw bent aan jezelf. En jezelf mag omarmen zoals je bent. 
Met compassie en trots. En plezier.
Jezelf bemoedigt alsof je een klein kind bent: 

"Toe maar, probeer het maar. Als je valt, vang ik je weer op! Ik ben er voor je."



Ik wens je een heerlijke zomer toe. Vol nieuwe ontdekkingen. Zorg goed voor jezelf. 

dinsdag 7 mei 2019

Het is er al




Afgelopen week had ik mezelf een weekje vrijgeroosterd van AWESOMES. Ik checkte uit om tijd te maken voor mijn kinderen die vakantie hadden. Lekker tijd om leuke dingen te doen. Niet bezig te zijn met iets bereiken, nieuwsbrieven schrijven, bloggen, plannen maken etc. Vrijheid en plezier en genieten. Niks moeten. 

Dat was mijn plan.

Wat een stomme week was het! De hele week heeft er een stem door mijn hoofd gezeurd…over van alles: 

➞dat ik leuke dingen moest doen met de kinderen!
➞dat dit toch echt de tijd was om eens dat muurtje te verven! (en de badkamer, keuken, rest van het huis schoonmaken)
➞of ik me niet aan het verschuilen was achter een excuus: “ik moet er voor de kinderen zijn!” 
➞dat ik nooit een booming business kan opbouwen als ik een week vrij neem!
➞dat ik er op uit moest met de kinderen: vakantie, de Efteling. IETS LEUKS!

En in de tussentijd gebeurde er niks. Ik heb weinig leuke dingen gedaan, geen muurtje geverfd, ik heb wel veel gemopperd. Op de kinderen, mijn man en vooral ook op mezelf. Dat het zo’n troep was in huis. Dat er nooit iemand iets leuks wilde doen. Dat ik zoveel moet altijd. En iedereen van alles aan me vraagt. 

Kortom, het was geen leuke week. Het was een week van afbraak. Van me klein en nutteloos voelen. En incompetent. En kwetsbaar. En die kwetsbaarheid probeerde ik te verstoppen door mezelf af en toe te verstoppen op mijn zoldertje. Achter het gordijn. De plek waar ik me graag terugtrek. Wat heel nuttig is soms. Maar soms trek ik me iets te vaak terug, uit angst dat mensen zien hoe ik soms echt ben: besluiteloos, bang, onzeker. Omdat ik me soms schaam voor mezelf.

Omdat ik dat gevoel van incompetentie kwijt wilde raken, richtte ik ten slotte mijn pijlen op mijn man: hij schiet tekort! Als hij nou maar eens meer aandacht had voor mij en de kinderen, dan hadden we wel een leuke week gehad! 
Uiteindelijk raakten we in een verhitte discussie over verantwoordelijkheid en tekortschieten en zorg voor de kinderen en zorg voor het inkomen en leuke dingen doen en werken…en daar kwamen we niet uit. Ik zwengelde het gesprek aan, in de hoop door hem gered te worden uit mijn onzekerheid. Maar hij voelde zich ook onzeker en kon me niet helpen. 

Ik wilde gezien worden door hem.
Hij wilde gezien worden door mij. 

En ik weet niet hoe het voor hem was, ik spreek niet namens mijn man. Maar ik? 
Ik zag mijn onvermogen om mezelf lief te hebben als ik me onzeker voel. 
Ik gooide de zweep er overheen, waardoor het kleine meisje in mij zich steeds meer terugtrok.

In de auto op weg naar een feestje kon ik het eindelijk echt voelen. In de stilte in de auto (ik kon ook niet vluchten achter het gordijn) gaf ik me gewonnen. Ik gaf toe dat ik me onzeker en kwetsbaar voelde en me rot voelde over de situatie. En dat ik me incompetent voelde. En dat op hem af schoof. En dat het me speet. 

En weet je wat er gebeurde? Ik ontspande. Er was geen oplossing. Geen hij tegenover ik. Geen fee die met een toverstafje alles weer regenboogkleurig maakte. En hij ontspande. 

Ik besloot die avond naar The Call to Courage te kijken, een lezing van de onnavolgbare Brené Brown over moed op NETFLIX. Over moed, maar vooral ook over schaamte en kwetsbaarheid:


Ik heb heel wat aantekeningen gemaakt en citaten genoteerd. Dit is waar mijn leven over mag gaan: kwetsbaarheid. Dat alles er mag zijn: het verdriet en onvermogen en het geluk en het verlangen…. Zo lang ik mijn eigen onvermogen niet in de ogen kijk, is er ook geen ruimte voor geluk. En de conclusie die ik hier uit kan trekken, is dat ik niet mag uitchecken van AWESOMES. Ik bén AWESOMES! Mijn awesomeness is altijd en overal. Soms ben ik awesomely verdrietig of onzeker. 

Dus nu is het dinsdag, de kinderen zijn weer naar school. En ik ben dankbaar voor de les die ik geleerd heb na deze week. Een week die door de kinderen overigens helemaal niet als stom werd ervaren. Zij hebben het prima naar hun zin gehad. We hebben er alleen geen mooie Facebook en Insta-foto’s van. 

Ik was even vergeten mijn eigen licht te zien. Het was er al die tijd al. 

So don't be afraid of the light that shines within you. Wees ook vooral niet bang dat het verdwenen is. Of dat je eerst nog een cursus moet doen. Of een diploma krijgen. Of gezien worden. 

dinsdag 2 april 2019

Van vastklampen & wegrennen


Ik ben goed in loslaten.

Dacht ik.

Maar vandaag kwam ik er achter dat ik vooral goed ben in vluchten en vechten. Wegrennen en vastklampen dus. Echt loslaten? In liefde? MMMwah.

Ik pak snel iets op en stop er dan weer mee. Stort me in een klusje en maak het vervolgens niet af. Of ik blijf hangen in iets waar ik eigenlijk niet meer mee verder wil. Dan lijk ik wel te bevriezen. En denk heel veel na over wat ik toch zal doen. 
Ik droom graag over dingen die ik wil. Maar fantaseer ook over alles wat er mis kan gaan. 

Onze lieve kater Pip werd twee weken geleden doodgereden op de weg langs ons huis. Hij was nog maar 1 jaar oud. Mijn dochter van 14 vond hem. Het was haar kater. We hadden veel verdriet. En iedereen ging er op zijn/haar eigen manier mee om. De oudste lag een uur lang huilend met haar hoofd in mijn schoot. Mijn jongste dochter was beurtelings verdrietig en boos en dat uitte zich in allerlei dreigementen aan het adres van de ‘dader’. Mijn man was stil en supportend.

En ik? 
Ik was dagenlang van slag. ik huilde telkens weer opnieuw. Als ik zijn lege voerbakje zag staan en bedacht dat hij me nooit meer luid miauwend tegemoet zou komen in de ochtend. Als ik zijn tweelingzusje Kitty aaide en bedacht dat zij nooit meer met hem zou kunnen stoeien of knuffelen. Als ik dacht aan zijn heerlijk zachte vacht. Als ik me weer herinnerde hoe hij bovenop me kwam liggen als ik een dutje deed op de bank.

Ik voelde me verslagen, boos, verdrietig, schuldig (want waarom nemen wij katten terwijl we bij zo’n drukke weg wonen?). En terwijl mijn gezin weer vrolijk verder huppelde, snoot ik maar weer eens mijn neus en depte mijn ogen. Ik snapte ook niet waarom ze alledrie zo snel hun verdriet kwijt waren. Het was toch afschuwelijk?

Allerlei gevoelens vechten na zo’n gebeurtenis met elkaar om voorrang. En veel gedachten ook. Die gedachten proberen grip te krijgen op de situatie. Want gewoon accepteren dat het leven soms heftig is en we er helemaal niks aan kunnen doen, vind ik moeilijk. Ik heb graag grip. 

Ergens lijkt dit gedrag of deze houding zich te hebben vastgezet in mijn lichaam. Uiterlijk lijk ik best relaxed, maar binnenin stormt het nog vaak. 

En nu ik deze week begin aan een drie weken durende detox en bezinning, voel ik dat het tijd is om te leren loslaten wat niet van mij. Op een dieper niveau dan ik tot nu toe al gedaan heb. Wat zou het fijn zijn als dat wat vloeiender mag gaan. 

Maar hoe dan? 
Met veel geduld.
En compassie.
En begrip voor het kleine meisje dat ik ooit was en deze strategieen ooit bedacht om het leven te begrijpen.
En een beetje speelsheid.
Zingend.
En tekenend. 

Precies zoals ik ook ben: the awesomes way




dinsdag 26 maart 2019

Onder de deken vandaan



Soms kom je op een plek waar het klopt. Voor mij zijn dat plekken die niet te gelikt zijn. Het moet niet té netjes of gestyled zijn. Ik zie al snel de barstjes in de muur wanneer het ergens heel strak uitziet. 
Dan maar liever bij voorbaat wat onaf. 

Zo zit ik nu bij De Groene Afslag in Laren. Een voormalige kazerne en asielzoekerscentrum dat nu een duurzaam café is met vergaderzalen, flexwerkplekken.

Omdat ik wat vaker uit huis wil om te werken, vind ik dit wel een fijne plek. Ik ben te vaak in de weer met de was, boodschappen, de afwas als ik thuis werk.  
En nieuwsbrieven, blogs en posts voor Insta en Facebook kunnen natuurlijk prima buitenshuis gedaan worden. Dan wordt mijn wereld weer wat groter. Het is zo lang heel klein geweest. 

Het was ook wel nodig toen. Tijdens en na mijn burn-out had ik het echt nodig om met een dekentje op mijn zoldertje te zitten. Tekenen, mediteren, veel voelen. Huilen. Rouwen om alles wat me niet was gelukt. Terwijl (ik dacht dat) anderen dat van mij verwachtten. En langzamerhand weer ontdekken wat ik wel wil laten lukken. Niet om anderen te pleasen, maar om mezelf een dienst te doen. Om mezelf opnieuw te leren kennen. En te accepteren wie ik ben, waar ik goed in ben, wat ik te vertellen heb en waarin ik mezelf nog tegenhoud. Alles wat er had geschuurd, moest ik van een afstandje kunnen bekijken. De wereld deed soms pijn. Er kwam teveel binnen en ik had geen grenzen ervoor. 

Maar nu stap ik langzamerhand naar buiten. Eerst digitaal. Door mezelf te laten zien in tekeningen, blogs en filmpjes.
Maar nu mag ik meer en meer naar buiten. Ik geef Soothing Songsconcerten met Marcel. Daar word ik zo blij van. Ik trek ineens meer coachklanten aan. Er komt meer ruimte voor bijdragen aan de wereld. Vanuit mijn eigen kern. Dat kan, omdat ik nu ook zo goed voor mezelf kan zorgen.

En nu zit ik hier in dit lekkere levendige en rommelige café. Mijn laptop bij de hand. Mijn agenda. Tijd om meer ‘in the open’ te zijn. Steeds wat meer. Dingen te doen die ik fijn vind. Die me voeden. En uitdagen. Niet uitputten. Geen volle agenda’s en twintig afspraken op een dag. Maar ruimte voor ont-moeten en avontuur. Want avontuur is niet altijd groot. Vaak dient het zich heel klein aan. Als een idee dat ontstaat in een gesprek. ‘Weet je wat mij gaaf lijkt?.....’ en dat het bij die ander aankomt en zij meedenkt. ‘Hoe zou het zijn als....?’ 

Er is weer ruimte voor. Vanuit vrijheid en ontspanning. En ik voel opluchting. Ik geloof dat mijn burn-out eindelijk voorbij is. Ik hoef niet meer bang te zijn voor de wereld. Ik hoef niet meer bang te zijn dat de wereld mij niet snapt. Ik begrijp mezelf eindelijk. 


maandag 18 maart 2019

Pip

In het weekend is onze jonge kater Pip aangereden. En overleden.
Het doet me veel meer dan ik gedacht had. Ik hield van deze zachtaardige jongen.
Samen met zijn zusje Kitty bracht hij speelsheid in ons gezin. En verbinding.
We vergeten hem nooit meer, al was hij maar een half jaar bij ons in huis. Het was een geweldig half jaar vol geknuffel, gestoei & gemiauw.

Gelukkig loopt Kitty hier nog rond. Zou ze Pip missen? Zijn zachte vacht waar ze zo graag tegen aan kroop? Het gestoei met hem, waar ze elkaar toe uitdaagden. We zullen het nooit weten.

Dank je Pip dat je een tijdje met ons meeliep.




woensdag 13 maart 2019

Allemaal ontzettend leuk

Vandaag zei ik tegen een ouder van een kind op mijn werk: "Wat heb jij een ontzettend leuk kind!"
En dat meende ik echt. Een gevoelig en intelligent kind, dat op een heel natuurlijke manier naast mij kwam zitten aan tafel. Hij begon meteen een praatje, vroeg wie ik was. Hij maakte contact met mij als mens tot mens. Niet als kind tot volwassene... Ik vond dat heel erg leuk. Zijn moeder vond het fijn om dat te horen, ze was een beetje verbaasd. Blijkbaar is haar kind voor school een moeilijk kind. Te slim, te gevoelig. Omdat hij niet in het programma past. Omdat hij iets anders nodig heeft dan zij bieden.
Wat is dat toch met het onderwijs? Waarom kan het niet voor iedereen fijn zijn? Dat elk kind gezien, gehoord en begrepen wordt?
Er is niks mis met kinderen. Naar mijn idee wordt er te vaak gestempeld, gelabelled en een etiketje geplakt. Te druk, te verlegen, te gevoelig, te slim, te dom, te langzaam. Wat is dat toch dat we een maatschappij hebben gecreeerd waarin je vooral gewaardeerd wordt wanneer het je lukt om mee te spelen in het spel 'zoals het hoort'. En ondertussen vallen zoveel werknemers bij de bosjes neer met hun burnout.
Maar je bent zoals je bent. En precies zoals jij bent, ben je goed genoeg. Het enige wat je vooral mag leren, is jezelf daar om te waarderen. En te voelen wat jij nodig hebt om te groeien. En te durven vragen aan anderen wat je niet zo goed kunt. En te durven leiden in wat jij wel goed kunt.
En daarvoor heb je leraren nodig met fingerspitzengefühl. Iemand die ziet wat jij nodig hebt en er met jou over kan praten. Of samen zoeken. En dat in een klas met allemaal kinderen die ook hun eigen kwaliteiten en zoektocht hebben. Dat is toch een geweldig samenspel?
En jij...jij hebt ook een ontzettend leuk kind! Wist jij dat al? En als je geen kind hebt, dan was je vroeger zelf een ontzettend leuk kind!
En in de kern zijn we dat allemaal nog wel: ontzettend leuke kinderen. Die opgroeien tot ontzettend leuke volwassenen. Die vaak doen alsof ze heel belangrijk en serieus zijn. Het allemaal op orde hebben. Verantwoordelijk en geslaagd. Maar toch... Je kunt nog steeds niet alles. En af en toe ben je een driftkop. Of heb je een pruillip. Voelt je kleine ik zich tekort gedaan. Of krijgt het haar zin niet.
Zoek het eens op, dat kleine meisje of jongetje in je... En houd er verschrikkelijk veel van!


woensdag 6 maart 2019

Nu Hier Zijn


Mijn vorige blog ging over mijn stem en mijn waarheid spreken. Nu schaam ik me bijna voor mijn volgende tekst. Want die gaat over liegen. Maar goed. Het is een leugentje om bestwil...

Ik heb gelogen vandaag. Ik heb mijn dochters ziek gemeld, terwijl ze in realiteit heerlijk met geschminkte gezichten in hun carnavalskleren door het huis van mijn ouders dartelen op de muziek van de Maastrichtse Fabrizio. 

Ik ben een slecht leugenaar. Ik voel me er vreselijk schuldig over. Want ik ben ook een erg plichtsbewust mens. Ik vervloek de Nederlandse overheid die ooit bedacht dat de scholen in het hele land niet tegelijkertijd hun vakanties vieren. Samen de zomer in, samen herfsten. 

En dus zit ik als rasechte zuiderling elk jaar weer met een innerlijk conflict:

  1. Accepteren dat ik niet meer in Limburg woon en op zondagavond na de Maastrichtse Bonte Störrem (de optocht) netjes naar huis gaan met mijn meisjes?
  2. Of liegen tegen school? Zoals nu.
  3. Of zal ik dan toch maar naar het zuiden verhuizen?

Het werd optie 2 en boy, was it worth it!! Zondagavond voelde ik zo’n verbondenheid met mijn dochters, toen we moe en voldaan naar het huis van mijn ouders toe liepen. De hele dag waren we al op stap samen. Zongen en dansten op de vastelaoves-meziek. keken onze ogen uit. Mijn jongste dochter ging helemaal op in de ritmes van een drumband en verzuchtte hoe fijn het hier was. “Dan vergeet je alles!” 

En dat is meteen de les van carnaval: dat je alles vergeet. De tijd. Alles wat moet. School. Werk. De afwas. Het enige wat telt is hier, nu, dit moment. 

En dus maakte ik maandagavond nog een fijn dansje met een oudere heer die in zijn eentje een biertje dronk aan ‘t buffet van een piepklein caféetje. Hij straalde. En ik ook. Wij zouden aan elkaar voorbijgelopen zijn op straat. Maar daar met dat pilske aan de bar…dat vroeg om een dansje.

Voor volgend jaar heb ik drie dagen vrij gehouden in mijn agenda. En in die van mijn dochters. 
En in de tussentijd schrijf ik maar weer een brief aan de overheid. Of die vakanties niet gewoon tegelijkertijd kunnen. En oefen ik ondertussen verder op de blokfluit.


vrijdag 8 februari 2019

De kracht van je stem


Er zeurde iets in me vandaag. Een ontevreden en gehaast gevoel. En eigenlijk voelde ik al een paar dagen dat ik wat meer stilte mocht inbouwen in mijn dag. Die onrust wilde gevoeld, gehoord en gezien worden.
Dus vanmorgen bracht ik mijn dochter naar school en maakte een wandelingetje op de hei. 

Op mijn weg terug naar mijn fiets zag ik een vrouw die de poep van haar hond op t grasveldje liet liggen. Ik dacht: ‘getver’ en ‘zal ik er wat van zeggen?’ En iets in mij stond op en sprak: ‘als jij ergens voor wilt gaan staan, moet je je ook durven uitspreken!’. En ik vroeg of ze die poep niet even kon opruimen. Ze zei iets in de trant van ‘dat andere mensen het dan ook moeten gaan doen’ en negeerde me verder. Ik moest er om lachen, maar was best blij dat ik lef had gehad. Want als ik had gedaan wat anderen doen (zoals zij), dan had ik niks gezegd. En me er stilletjes boos om gemaakt. En daar vervolgens nog dagen mee rondgelopen.

Toen ik thuiskwam wilde ik koffie, taart, een boek lezen, slapen, ff op Instagram. Afleiding. Zoethoudertjes. Maar er moest iets gevoeld en gehoord en gezien worden. Dus ik ging naar mijn heilige plek op zolder, stak een kaars aan en wat wierook. En ik deed een vergevingsoefening, een krachtige visualisatie waarbij je leert om vrij te zijn in jezelf. Nu doe ik deze oefening vaker en het roept vaak veel tranen en diep zeer op. Wat daarna dan verdwenen of in ieder geval verlicht is.  
Meestal ben ik boos op mezelf. Nu ook. Ik voelde de kinderlijke boosheid die tegen mijn innerlijke criticus heb. Dat is het stemmetje dat zegt: ‘heb je nog maar zo weinig klanten?’ en ‘zit je nou alweer koffie te drinken?’ en ‘kijk eens naar… en…..! Die zijn heel succesvol! Moet jij niet ook eens wat meer…’ Het is bepaald geen vriendelijke stem. Dus ik vertelde deze stem, die een verzameling strenge stemmen uit mijn jeugd in zich gecombineerd heeft, dat ik het zo zat was dat ze me continu zat te bekritiseren. Dat ik er zo verdrietig van was dat het niet uitmaakt wat ik doe…dat het gewoon nooit goed genoeg is. 
Dat ik het ook zat ben om me altijd maar conform het gewone te moeten gedragen. Zoals anderen dat doen. Zoals het hoort. Of zoals het wetenschappelijk bewezen is. Volgens de algemeen aanvaarde norm. Ik wil vertrouwen op mijn intuïtie en daar vet voor gaan staan. En me uitspreken als ik ergens last van heb. Of iets niet zie zitten. Niet als een aanval op een ander. Maar om te staan voor iets wat ik als heel belangrijk ervaar: mijn diepe innerlijk weten. Een weten dat iedereen heeft. Maar waar we ons niet in leren ontwikkelen, omdat opvoeders en onderwijzers en de media ons wijs maakt dat er een algemeen geldende manier van zijn is die nagestreefd moet worden: braaf zijn (goed luisteren en doen wat er van je verwacht wordt), goed je best doen (nar het voorbeeld van een ander), goed samenwerken (ook als dat niet werkt).

De tranen vloeiden en schudden iets los. Ik ga mezelf (en het kind in mij) toestemming om mijn intuïtieve stem te laten spreken. Dat dat vanaf nu mag. Ik mag ook pijnlijke dingen benoemen zonder schuldgevoel te krijgen. Gewoon om dat het gezegd mag worden. Dat vind ik eng. Ik heb vaak mijn woorden teruggetrokken, ingeslikt, me weken schuldig gevoeld over wat ik gezegd had. Ook al was het waar. En pijnlijk. En mocht ik anderen geen pijn doen. Wamt dat hoort niet. Ik moest lief zijn.

Na de oefening ging ik liggen op mijn matje. Dekentje over me heen. Heerlijk. Gedragen. En mijn lichaam voelde alles. Alle verdriet. En alle liefde. Alle pijn. Alle heling. Alles was er.

In de middag gebeurde er van alles dat van mij vroeg om me uit te spreken. Mijn ukelele bleek onherstelbaar kapot te zijn en ik had geen puf meer om mijn verdriet daarover binnen te houden, dus huilend zat ik te wachten op het schoolplein. Ik hoefde even niet die gezellige ouder ter zijn. Ik voelde me rot. Vervolgens kwam ik in een gesprek met een ouder en een leerkracht op een pijnpunt terecht in de klas. En heb me uitgesproken. Omdat er over sommige dingen niet gesproken wordt, maar dat wel moet. 
En het was goed om het te doen. Het creëerde een opening. Mijn frustratie opende iets. 

Ik hoef niet meer bang te zijn voor mijn frustraties. Het kan een drijvende kracht zijn, als ze goed gebruikt wordt. Ik ben zo vaak getemperd in mijn boosheid dat ik heb afgeleerd boosheid te zien als kracht. Boosheid hoort niet.
Maar boosheid zorgde er ook voor dat door middel van #MeToo talloze vrouwen opstonden voor hun rechten. En dat jongeren gisteren staakten voor een duurzamere wereld. 

En ik voelde weer zo die urgentie om met vrouwen te werken aan dit stuk: dat je jezelf en je eigen verlangens en gevoelens mag voelen, begrijpen en gebruiken op een krachtige manier. Op een manier die jou en daarmee ook jouw omgeving doet groeien. Dat is hard nodig. Want we vergiftigen onszelf met onze zelfkritiek en zelfbeheersing. We mogen weer spelen, stampvoeten en gillen.

Ik wil graag afsluiten met een prachtig citaat van Jane Fonda uit de NETFLIX-documentaire FEMINISTS, What Were They Thinking:

“Toen ik ouder werd, kwam ik weer terug waar ik begon. Ik ben weer dat uitbundige meisje dat naar de top van de eik klom en legers over de heuvels aanvoerde en wist wie ze was. En dat alles kon trotseren en nooit een leugen vertelde. Dat deel van veel meisjes gaat diep ondergronds. Het is niet dat het verdwijnt. Het raakt niet verloren. Het gaat ondergronds. En het doel van onze levens is om haar weer boven te halen.” Jane Fonda 

woensdag 16 januari 2019

Samenspel


Mijn dochter van bijna 8 heeft van oma een kindernaaimachine gekregen. Ze vindt het geweldig. Heel eenvoudig lukt het haar om kleine zakjes te naaien, een tasje. En ze heeft zelfs een vlaggenlijntje voor haar eigen verjaardag genaaid.

En nu dan? Ik stel haar voor om alvast eens na te denken over een ‘pekske’ voor (maastrichts) carnaval. Dat koop je namelijk niet. Dat maak je.

Ze roept van alles en associeert vrijelijk richting een vleermuis. Goed idee. 
We googlen wat en natuurlijk kun je een kant-en-klaar vleermuispak kopen. Maar dat willen wij niet. Saai! En nooit helemaal zoals jij t wil. 

Dan tekent zij wat ze wil. En ik teken er een technische interpretatie van. Maar zo wíl ze het niet! Ok, opnieuw legt ze het uit. En dan teken ik een jurk en een vleermuiscape.

Maar zo’n jurk.....hebben we niet nog iets liggen op zolder? We vertrekken naar boven, waar bakken met oude kleding staan. En potver.....een geweldige en perfecte zwarte jurk van haar oudere zus!!
Ze glimt helemaal. Ok, check. De jurk hoeft niet meer gemaakt te worden.

Dan zoeken we nog of we wat zwarte stof hebben liggen. Nu heeft ze mazzel, want ik bewaar graag oude kapotte kleding, leggings, maillots. Super om te gebruiken in creatieve buien, zoals nu dus. En wat zien we daar liggen? Een perfect stuk uit een oud zwart t-shirt. Volgens E hoef ik het niet eens meer te knippen. Het is wat rafelig. Maar dat is volgens haar juist heel leuk. 

Ze glimt. En mijn hart huppelt. Wat houd ik hiervan. Wat is dit fijn met mijn meisje. Dit is ons tweetjes op ons best. Een uur later hebben we een complete outfit in elkaar gedraaid, compleet met vleermuizenoortjes-haarband.

Tata!!