Kom net terug van de schoolarts. had mijn twijfels: gaan om zeker te zijn dat het goed gaat met mijn kind of niet gaan en gewoon vertrouwen op mijn eigen oordeel en mijn eigen kritische blik. Gekozen voor het eerste om vervolgens niet echt veel nieuws te horen, behalve dan dat ze het goed doet vergeleken met het gemiddelde Nederlandse kind. Oh nee, misschien kon ik toch thuis nog een beetje oefenen met de fijne motoriek.
Ik hoor graag hoe een ander naar mijn kind kijkt. Ben altijd bereid om mijn eigen opvoed-gedrag onder de loep te nemen. Ik wil graag letten op de voeding, de tanden, de motorische, sociaal-emotionele en intellectuele ontwikkeling van mijn kind. maar oefenen? Nee. Dat doe ik niet. Want oefenen impliceert dat ze nu al iets bepaalds zou moeten kunnen. En dat ze dat nu niet kan en dat het nog wel eens mis zou kunnen gaan...later en dat we dan spijt hebben dat we niet geoefend hebben.
Toen Nora 4 was, ontdekte ik dat ze al heel veel letters kende en daar ook woorden van kon maken. leuk, interessant. En af en toe lazen we samen. Als ze dat wilde. En nu is ze 5 en leest ze met de kinderen van groep 3 mee. Toevallig omdat ze dat leuk vindt en het haar prikkelt. Ik heb een erg tevreden kind dat zichzelf uitdaagt. En tegelijkertijd is ze een heel normale kleuter die graag danst, met zand speelt, met haar vriendje eten kookt op haar neppe fornuisje. Heel normaal.
Ik vind het belangrijk om te kijken naar mijn kind. Ik ken haar goed, heb haar dagelijks om me heen. En toch zie ik elke keer weer iets nieuws als ik haar zo in huis zie rondscharrelen. Ik ontdek dat ze ineens een ander woord gebruikt in haar dagelijkse taal. Ik zie dat ze een ander postuur krijgt. Ik merk dat ze meer zelfstandig doet. En soms ook graag door mij geholpen wordt.
Waarschijnlijk is dit niet de eerste keer dat ik schrijf over mijn afkeer voor afstreeplijstjes, gemiddelden en over 'hoe het eigenlijk zou moeten zijn volgens die en die liefst wetenschappelijk onderlegde deskundige'. Maar ik loop er elke keer weer tegen aan. Ik wil me er met hand en tand tegen verzetten.
Ik kom dus weer met een advies. Naast bomen kijken, is het als ouder ook goed om naar je kind te kijken. Kijk, observeer zonder oordeel je kind. En wat weet je dan ineens wat je eerst nog niet wist? En ga dan, als het echt nodig is, iets doen. Of doe niets en geniet. Ik pleit voor een opvoeding van vertrouwen. Vertrouwen in jezelf, in je kind, in je omgeving. Pas als je met je handen in het haar zit en er niet meer uit komt, wend je dan tot een ander. Zo voorkom je dat je van de ene hype in de andere valt, van de ene wetenschappelijk bewezen aanpak in de andere (want deze worden toch elke vijf jaar weer tegenbewezen..) en blijf je trouw aan jezelf. Zo leer je je kind ook te vertrouwen.
Dus de volgende keer ga ik niet meer naar de gangbare schoolarts. Ik ga fijn naar mijn eigen arts, die vast dezelfde zorg wil bieden maar dan zonder de gemiddelden-lijst.