zaterdag 2 januari 2016

Dag 2 - 50 dagen Awesomes kaartjes

Mijn jongste dochter is boos en huilt als ze naar bed gaat. Ze wil nog niet. Ik zeg dat ze een kaartje mag kiezen, dat haar kan helpen. Ze legt ze allemaal uitgebreid op het bed neer. Ze houdt niet van blind kiezen. Aandachtig bekijkt ze alles. En kiest dan:


Waarom ze die kiest, vraag ik. "Omdat ik van zon en van regen hou". Ik suggereer dat het misschien iets te maken heeft met het feit dat ze eerst huilde en nu weer blij is.
Maar nee hoor, dat heb ik weer veel te ver gezocht. Tevreden zet ze het kaartje

naast haar bed.

En dan ik. Ik heb helemaal geen zin vandaag. Ben moe, suf, tevreden maar niet bijster geinspireerd. Maar goed, ik heb een commitment. Dus:


Mijn eerste reactie is.....wat moet ik hiermee? Dan wil ik het kaartje terugleggen en opnieuw kiezen.
Maar wat zegt dit kaartje over mij? Als ik daarover denk, voel ik ineens een sterke druk op mijn schouders. Pijn. Een pijn die ik al een paar jaar ervaar. 

Een blad dat valt. Of zit het aan een boom en kijk ik ernaar? 
Ik teken vaak bomen, takken, bladeren. Dat doe ik al sinds ik een aantal jaar geleden een slechte tijd had. Relatieproblemen, ongelukkig in mijn werk, onzeker, mijn lichaam begon veel pijn te doen: nek, schouders, rug. 
Ik begon te schilderen en tekenen en er ontstonden vooral bomen. 
Ook begon ik met wandelen. Zodra ik in de natuur ben, voel ik een last van me af vallen. Mijn lijf lijkt lichter, soepeler. Ik voel me thuis tussen de bomen. Het is een oud gevoel, dat ik eigenlijk niet zo goed kan plaatsen. 

Ik voel in alles dat de antwoorden die ik zoek in mijn leven, gevonden worden als ik loop in het groen. Maar soms gun ik mezelf die simpele rust niet. Het hoeft geen wandeling van een uur te zijn. Een half uur is genoeg. 

Vorige maand heb ik me voorgenomen in 2016 elke dag te wandelen. Nu, op 2 januari heb ik me daar al 2 dagen niet aan gehouden. Hoe zorg ik ervoor dat ik die dingen doe, die goed voor me zijn? Hoe....

Weet je, eigenlijk is het heel simpel. Ik hoef alleen maar mezelf te observeren, als een vallend blad. Kijken wat er gebeurt. 
Loop ik te rennen, regelen, doen?
Voel ik dan nog dat ik er ben? Of zit ik op de automatische piloot? 
Heb ik plezier? Wat kan ik doen om weer plezier te hebben?

Als ik met mijn takken naar de hemel wil reiken, wat ik absoluut wil, dan kan ik maar beter zorgen dat ik goed geworteld ben. 
Anders vallen mijn bladeren nog voordat ik met ze heb kunnen pronken.